Het terugbetalen van uitgestelde belastingen tijdens de coronacrisis dreigt voor een flinke groep ondernemers een groot probleem te worden. Dat blijkt uit een brief die staatssecretaris Marnix van Rij van Financiën maandag naar de Tweede Kamer heeft gestuurd.

Tijdens de coronacrisis hebben 400.000 ondernemers voor in totaal 47,7 miljard euro gebruik gemaakt van uitstel van het betalen van diverse belastingen. Sinds 1 oktober 2022 zijn er betalingsregelingen van start gegaan om coronaschulden af te lossen.

Per 25 september 2023 waren er nog 193.283 ondernemers met een betalingsregeling. Die hadden op dat moment bij elkaar nog een schuld van 13,2 miljard euro uitstaan bij de Belastingdienst. Dit komt neer op 28 procent van het oorspronkelijke bedrag waarvoor uitstel van betaling was verleend.

Van de groep die nog coronaschulden moet aflossen, lopen 133.056 ondernemers op schema met de terugbetaling in termijnen.

Daarmee is er een groep van 60.227 ondernemers die achterstanden heeft op de termijnbetalingen. Die laatste groep heeft in totaal nog voor 4,1 miljard aan schuld bij de Belastingdienst.

Ongeveer 21.000 ondernemers zwaar in de problemen door coronaschuld

Het meest problematisch is een groep van 20.959 ondernemers, dus een derde van de groep met achterstanden op de betaling, die nog helemaal niets heeft terugbetaald. Deze ondernemers hebben in totaal 1 miljard aan schuld bij de Belastingdienst.

Wel is het zo dat een activatiecampagne van de Belastingdienst effect lijkt te hebben. Op 14 augustus 2023 bestond de groep die nog helemaal niets had terugbetaald aan de fiscus uit 43.450 ondernemers, terwijl dit eind september ruimschoots was gehalveerd.

Toch is er volgens Van Rij niet per se sprake van een gunstige ontwikkeling: "De genoemde afnames zijn vooral het gevolg van het intrekken van betalingsregelingen en het opnemen van deze coronabelastingschulden in de reguliere invordering."

De circa 21.000 ondernemers die nog helemaal geen betaling hebben gedaan, lopen ook het risico dat hun betalingsregeling wordt ingetrokken. "Het is op dit moment nog niet mogelijk om te beoordelen wat de uitkomst is van het intrekken van de betalingsregeling. Of vorderingen uiteindelijk oninbaar zijn, wordt duidelijk als de dwanginvordering wordt toegepast om betaling af te dwingen. Dan is te zien in welke gevallen verhaal nog mogelijk is", schrijft Van Rij.

LEES OOK: Dit team van de Belastingdienst maakt vandaag €30 miljard belastinggeld over naar ministeries en andere overheidsdiensten – zo gaat dat in z’n werk